21/2/2023

Het is makkelijk pijlen richten op jonge huisarts

Jonge huisartsen hebben een negen tot vijf mentaliteit, missen een roeping, en zeuren over burn-out klachten. Echt? Dit is in ieder geval het beeld dat huisarts en opleider Pieter Barnhoorn schetst in een interview naar aanleiding van zijn proefschrift ‘On becoming a GP’. Hij is bewust stellig. Hij hoopt zo een discussie los te maken tussen jonge en wat oudere huisartsen over de invulling van het vak, want steeds minder jonge huisartsen willen nog praktijkhouder worden.

Zelf ben ik nog net een jonge millenial huisarts en ik pak de handschoen graag op. Een negen tot vijf mentaliteit? Jonge huisartsen vinden een goede werk-privé balans gewoon belangrijk. Ze zijn méér dan alleen huisarts, het is hun baan. Danka Stuijver schreef daar onlangs nog een mooie column over. En inderdaad, jonge huisartsen staan niet te springen om praktijkhouder te worden. Ze zien tijdens hun opleiding oudere collega’s zeventig uur in de week worstelen met systeembureaucratie en denken, geef mijn portie maar aan Fikkie.

Hoe kom ik als jonge huisarts enigszins uit de verf, houd ik toch balans en blijf ik ver van de systeemwereld waarin praktijkhouders gevangen zitten? Dat is de uitdaging van generatie Y, en het waarnemerschap is vaak het antwoord.

Het is makkelijk pijlen richten op jonge huisartsen. Duurzamer is het om het zorgsysteem aan te passen aan de wensen van een nieuwe generatie. Want de systeemvlucht zien we overal in de sector. Wijkverpleegkundige Jennifer Bergkamp plaatste onlangs een oproep om verbeterpunten te verzamelen. Ze ontving juist talloze tips van collega’s om het zorgsysteem te omzeilen. Zo zou je nog wél goed voor mensen kunnen zorgen.

Het systeemprobleem beperkt zich ook niet tot Nederland. Maurice van den Bosch deelde deze week nog een typerend essay uit de New York Times: Doctors aren’t burned out from overwork. We’re demoralized by our health system. Ook hier lezen we over zorgprofessionals die zich totaal niet meer herkennen in het systeem waarbinnen zij werkzaam zijn. Daaraan gaan ze kapot, niet aan patiëntenzorg. Het vak verlaten of zzp’er worden is zodoende een coping mechanisme. Met een gebrek aan roeping heeft het niets te maken. Integendeel zelfs.

Tegelijkertijd levert de systeemvlucht voor de samenleving niets op. Patiënten hebben een vaste huisarts nodig, én een vaste wijkverpleegkundige, én een toegankelijk ziekenhuis als dat nodig is. En het is vereist dat deze partijen innig samenwerken met elkaar. Dat leidt tot een hogere kwaliteit van zorg, lagere kosten en werkgeluk bij alle betrokkenen. Wat zou het geweldig als mijn generatie het zorgsysteem weet om te buigen tot een structuur waarin jonge professionals zich wel herkennen. Een structuur dat enthousiasmeert in plaats van uitput. Hoe zou dat eruit zien? Ik zou zeggen: durf te dromen, zoek elkaar op en ga aan de slag. Bedenk dat ook bij VWS, de NZA en verzekeraars millenials werken die de regie met liefde teruggeven aan zorgprofessionals.